U bent hier
Toelichting bij de gemeenteraad van 23.02.2015
Budgetwijziging BW2 2014
De raad van maatschappelijk welzijn heeft in zitting van 6 januari 2015 de tweede budgetwijziging voor 2014 goedgekeurd.
Na de behandeling van de eerste budgetwijziging in de OCMW-raad van november 2014 (die op 15 december 2014 werd behandeld in de gemeenteraad) was deze tweede budgetwijziging noodzakelijk doordat we van de hogere overheid de opmerking kregen dat de uitgaven en inkomsten van de sociale tewerkstellingen via artikel 60 par. 7 niet mochten verspreid worden over de effectieve tewerkstellingsplaatsen maar dienen gecentraliseerd te worden op één specifiek beleidsitem.
Ook werd het feit dat de bouw van ons Woonzorgcentrum Ceres niet is gestart in 2014 in het budget ingepast. Ik wil benadrukken dat deze aanpassingen niets zeggen over de duidelijke intenties van het bestuur om in 2015 nog te starten met de bouw van het woonzorgcentrum Ceres in Lauwe. De insinuaties in dat verband spreek ik met klem tegen.
Ook worden bepaalde investeringen, die in 2014 niet zijn gebeurd, geschrapt met aanpassing van de investeringsenveloppes.
Na de wijzigingen is het exploitatieresultaat verbeterd met 130.000 €. Door de niet ontvangst van de eerste VIPA-subsidie voor Ceres - deze eerste schijf kan maar worden uitbetaald als de bouwvergunning is goedgekeurd - , is het resultaat op kasbasis 180.000 € minder gunstig. De autofinancieringsmarge is echter verbeterd naar - 972.000 €
Aan de gemeenteraad wordt gevraagd kennis te nemen van de tweede budgetwijziging 2014.
Aangepast meerjarenplan 2014-2019 – Budget 2015
Door de budgetwijzigingen van 2014 dient het meerjarenplan te worden aangepast.
De verplichte regelgeving binnen de Beleids en BeheerCyclus wordt verder geïmplementeerd.
Het resultaat op kasbasis blijft over de volledige 6 jaar positief. Het exploitatiebudget is aangepast aan de meest recente ramingen. De sociale maribel-regularisaties werden meegenomen voor zover ze op vandaag kunnen ingeschat worden.
Zoals wettelijk nodig is de autofinancieringsmarge op het einde van de ramingsperiode positief en is de som van de autofinancieringsmarge over de 6 jaar eveneens positief.
Bij de vergelijking van het aangepast meerjarenplan met het voorliggende meerjarenplan is er recent een minimaal verschil opgemerkt van 35 € in de stadstoelage van 2018 : in het oorspronkelijk meerjarenplan was in 2018 een stadstoelage vermeld van 5.953.996 €; in het goed te keuren aangepast meerjarenplan is er een bedrag van 5.954.031 € vermeld. Dit minimaal verschil zal in een latere actualisatie van het meerjarenplan op elkaar worden afgestemd.
Om een positieve financieringsmarge te bekomen over de periode van het meerjarenplan waren en blijven structurele besparingen nodig. Het OCMW bespaart in de voorziene periode immers 5 miljoen euro op de stadstoelage en staat ook in voor ruim de helft van de grote investeringen die op ons afkomen.
In 2015 en de volgende jaren wordt de ingezette weg verder bewandeld. De geplande investeringen worden uitgevoerd en de exploitatie wordt nauwgezet opgevolgd om onze werking te kunnen blijven verzekeren voor hen die het nodig hebben, zoals de OCMW-missie bepaalt. Dit blijft gebeuren in nauw overleg met het stadsbestuur en dezelfde parameters worden gebruikt naar budgetopmaak toe.
Voor ons sociaal beleid worden meer middelen voorzien. Het beleidsdomein zorg wordt door onze maatregelen stilaan minder verlieslatend. We kiezen er duidelijk voor om ervoor te zorgen dat wie zorg nodig heeft, die ook krijgt via sociale correcties.
We zijn zeker niet blind voor de noodzaak van een kwaliteitsvolle zorg voor alle mensen, ook in onze woonzorgcentra. Indien nodig wordt er, zoals eerder werd beslist, voorzien in de vervanging van personeelsleden die vertrekken.
We vinden het belangrijk dat de uitdagingen vanuit de nieuwe BBC gebruikt worden om het beleid te kunnen opvolgen en beoordelen. In de komende maanden en jaren zullen deze doelstellingen verder worden aangepast en verfijnd. Nieuwe uitdagingen en opportuniteiten worden zeker opgenomen, onder andere naar aanleiding van de hervorming van de sociale diensten. Nog meer inzetten op duidelijke en correcte afspraken via Geïntegreerde Plannen voor Maatschappelijke Integratie is voorzien in de komende jaren.
Met dit aangepast meerjarenplan 2014-2019 blijft het OCMW met de afgesproken stadstoelagen meer dan zijn kerntaak vervullen en de gemaakte afspraken nakomen.
De toekomstige inkanteling van het OCMW in de stadsdiensten die onlangs werd vastgelegd in een conceptnota van de Vlaamse Regering wordt intussen voorbereid. Nauw overleg tussen het stadsbestuur en het OCMW is hierbij heel belangrijk en noodzakelijk en is al gestart.
Het OCMW van Menen zal ook ten volle meewerken aan de goede werking van de OCMW vereniging “W 13” die in de vorige Gemeenteraad unaniem werd goedgekeurd en die perfect past in dezelfde conceptnota die voorziet in meer interlokale samenwerking. Dit kan en zal leiden tot een geïntegreerd sociaal en welzijnsbeleid in onze regio Zuid-West-Vlaanderen.
Aan de Gemeenteraad wordt gevraagd de actualisatie van het meerjarenplan 2014-2019 goed te keuren en kennis te nemen van het budget 2015 van het OCMW van Menen dat past binnen het goedgekeurde aangepaste meerjarenplan.